Op de schoorsteenmantel, boven het kunstmatig haardvuurtje staat een hartvormig spekstenen urntje. Daarnaast op het donkereiken plankje de foto van Daisy. Heel toepasselijk, omdat ze net als mij van vlinders genoot, heb ik op de rechterbovenhoek van het donkergekleurde lijstje een veelkleurige vlinder geplaatst. Iedere avond wakkert er een klein vlammetje van een waxinelichtje onder. Het geeft geen pas u hier te verhalen over zaken waarin ik geloof, of niet in geloof. Of over dingen waarvan ik moeite heb die te geloven. Daar denk ik nog wel es over. Geloven is iets persoonlijks, ja toch? Zij die zeggen dat dat niet zo is geloof ik niet. Das ook persoonlijk. Een paar weken terug, ik zat op mijn eigen plekkie naar de muziek te luisteren, geloofde ik mijn ogen wel, maar ik sloot de kijkers toch even. Toen ik ze opnieuw opende moest toch de buusdoek weer uit de buus gefrommeld worden. Achter de foto op het behang leek zich een betovering te hebben voorgedaan. Het licht van het kaarsje had de schaduwvormen van de vlinder getransformeerd in die van een piepklein konijnenkoppie. Oren, hals en bekkie, ’t werd voor mij geprojecteerd. Te diep in het glas gekeken Jampie.. of anderszins de geest verruimd? Nee. Maar ’t was wonderlijk mooi. Zo mooi dat ik, om het verschijnsel niet te verstoren, voorzichtig opstond en zacht mijn hand over het behang liet gaan. De woordjes die ik naar Daisy fluisterde waren tussen haar en mij. Tijdens urenlange wandelingen op de Drentse hei speelde ze haar spel met de snelle knagers. Onuitputtelijke doorzetster als ze was, heb ik haar eens uit moeten graven uit het zandhol der langoren. Ze zat klemvast tot over haar schouders. ’s avonds thuis leek ze bevangen door een overdosis van het zandmannetje. Niet wakker te krijgen. Nu kan ik niet wachten tot de schemering invalt om te gaan toveren met het licht. Het heeft zo mogen zijn en daar geloof ik in. Schaduwen van het verleden, laten verlichten door het heden. Das toch ongelooflijk mooi…?
©J.G. Boomsma