Vanaf september dit jaar schrijf ik (bijna) dagelijks een stukkie op deze plaats. Wordt dit veel gelezen? Ja, dat vind ik wel. Gemiddeld tweehonderd mensen maken dagelijks kennis van hetgeen ik hier neer krabbel. Is dat veel? Nogmaals ja! Uitleggen wie ik ben, hoe ik in het leven sta en belangrijker, hoe ik dit beleef en wat mij bezig houdt… ‘k had het niet durven bevroeden. De reden waarom ik dit dagelijkse blog, of hoe dit ook mag heten, vanaf de eerste dag bij houdt is u bekend. Mijn fietsreis volgend jaar en de voorbereidingen daarop. Net als het voor mij belangrijk is te weten welke wegen ik in moet slaan, hecht ik er waarde aan u te laten weten wat mij er toe drijft die wegen op te zoeken en waarom. Dit doe ik in alle openheid. Geef mezelf bloot, met een knipoog, een lach en soms een traan. Dat te doen, heeft niemand me toe gedwongen. ’t zijn mijn overdenkingen of overpeinzingen. Geen druk van buiten af dus, dat voelt goed. De gevolgen van mijn ongeval op zeer jonge leeftijd waren niet zichtbaar, voor intimi wellicht iets voelbaar. Mijn geluk is geweest- en heeft me gebracht waar ik nu sta – dat er lieve mensen om heen stonden die me steunden op de momenten dat de wereld als een wervelwind om me heen raasde. Nog. ’t heeft ook een onverbeterlijke positivo van me gemaakt. Elke keer opnieuw boven komen, vechtend tegen de stroom in. Tot aan de dag van vandaag heb ik geleefd, beleefd en mogen leven. Ouder worden is een gunst. Ouder zijn was een kunst… Opgegroeid en tot wasdom gekomen in de roerige jaren zestig/ zeventig, loskomen, verlokkingen en ontdekkingen. ‘k zou mijn beide kinderen ontraden te doen wat ik heb gedaan (oh mother, tell your children. Not to do what I have done), zelfs proberen te behoeden. Maar beschermen kon ik niet, stond zelf teveel bloot aan gedachten en vragen waar ik nu nog geen antwoord op weet. Maar niemand voelt de liefde beter dan zijn of haar eigen liefde voor die ander. Gelooft u me, ik ook. Niet goed voor de publiciteit deze openheid? ach, ‘k weet het niet. Ik ben de eenzame fietser en laat dat graag zo. Geen drukte. De enige die aandacht behoeft is mijn passagier achter op mien fietse en das de Hersenstichting. Voor mij liever geen drommen mensen langs de kant. Daar is het Koopmansplein in Assen een betere locatie voor. Met liefst honderden mensen onder elkaar, die afspreken iets liefs voor elkaar, dus een ander te doen. ’t geeft mij de mogelijkheid er stiekem tussen uit te knijpen. Wie zit er dan te wachten op mij of mijn stukkies? Dat weet ik niet. Wachten doen we op de trein. Verwachten is anders. Das uitkijken naar iets moois. Zoals in blijde verwachting zijn. Behoudens de hormonale bijwerkingen, want daar ben ik niet voor geschapen, voel ik ook die opborrelende blijdschap. En wachten op wat ik schrijf, voor u, vanuit en voor mezelf, das mooi maar hoeft toch niet..? Niks zo mooi, wanneer spontaan de deurbel gaat en er staat wat in de deuropening. Waar u niet om heeft gevraagd, maar misschien toch iets mee kunt. Daarom ben ik zo ontzettend blij wanneer dagelijks tweehonderd maal de deurbel gaat. Waar dan ook. Geef het maar door, of hou het voor u zelf. Tis met zorg en plezier voor u ingepakt. Fijne dag allen.
© J.G.Boomsma